Wat betekent for in Engels?

Wat is de betekenis van het woord for in Engels? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van for in Engels.

Het woord for in Engels betekent voor, voor, voor, voor, voor, om, gedurende, voor, vóór, vanwege, voor, want, aangezien, om, naar, voor, had ik maar, uit, vanwege, naar, om, voor, ondanks, voor, aan, ver, voor, op, voor, voor, vissen naar, iem. vertegenwoordigen, ergens om vragen, in een begroting opnemen, verzoeken, nodig zijn, een beroep doen op, houden van, geven om, verzorgen, opbouwen, bedienen, cateren, bewenen, roepen om, schreeuwen om, sympathie voelen voor iemand, verliefd zijn op iemand, vechten voor, vechten voor, strijden voor, invallen voor, neusje, verklaren, uitleggen, verklaren, in beschouwing nemen, verlangen naar, smachten naar, helemaal voor, helemaal eens, iedereen die voor is, zich verantwoorden, zich verantwoorden tegenover, zich verontschuldigen voor, iemand excuses aanbieden voor, iemand excuses aanbieden voor, verzoeken, een beroep doen op, solliciteren, regelen dat iemand iets doet, wat iem. betreft, ikzelf, vragen om iets, toestemming verlenen om, toestemming verlenen voor, waar voor je geld, verantwoordelijk zijn, de trom roeren, de trom roffelen, bieden voor, een offerte doen, strijden om, in rekening brengen, verantwoordelijk houden, verantwoordelijk achten, happen naar, zich voorbereiden, zich klaarmaken, zich voorbereiden, zonder, een oproep doen, ongepast zijn, niet kunnen wachten, afkeuren, een uitbrander geven, berispen, berispen om, berispen wegens, eervolle vermelding krijgen, complimenteren, compenseren voor, compenseren, compenseren, ingewikkeld maken, afkeuren, verwerpen, ongeschikt verklaren, wedijveren, deelnemen aan een kruistocht, laten meedelen, invallen voor, een plezier doen, geven, weggeven, toe aan, aan de beurt, snakken naar, smachten naar, oor voor muziek, voor iets inschrijven, behalve, uitgezonderd, vallen voor, ergens intrappen, ergens intuinen, op iemand verliefd worden, beroemd om, zich slecht voelen voor iemand, iemand fouilleren, zichzelf redden, rondsnuffelen, vechten voor, opkomen voor, aanvragen, tijd vinden, opgewonden zijn over iets, voer, kanonnenvlees, genegenheid, voorliefde, stof tot nadenken, voor de verandering, als begin, een tijdje, lange tijd, voor iedereen. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord for

voor

preposition (intended, designed) (bedoeld)

The small fork is for your salad, the large one for the main course.

voor

preposition (appropriate to) (geschikt)

This is an ideal book for a young girl.

voor

preposition (in order to benefit: [sb]) (ten gunste van)

Will you do a favour for me? Hillary Clinton stumped for Obama in several States.

voor

preposition (in [sb]'s opinion, for [sb]'s tastes) (wat betreft)

That movie was too long for me.

voor

preposition (for the purchase of) (om te betalen)

He only paid ten dollars for that shirt.

om

preposition (in order to get) (reden)

He went out for some milk. He'll be back soon.

gedurende

preposition (time: duration)

She was gone for four hours. I've been learning Chinese for two years.

voor

preposition (in [sb]'s place, instead of [sb]) (in iem. plaats)

I don't want to do his work for him.

vóór

preposition (in favour of) (ten gunste van)

He was for the plan, but his wife was against it.

vanwege

preposition (because of)

He received extra homework for swearing in class.

voor

preposition (compared to a standard) (in verhouding)

It's warm for this time of year.

want, aangezien

conjunction (formal, written (because, since)

I know he's guilty, for I saw him do it.

om

preposition (with the purpose of) (met het doel)

I bought some cloth for making costumes.

naar

preposition (with a destination of) (bestemming)

This train is heading for London.

voor

preposition (intended for: [sb]) (bestemd)

All these gifts are for you.

had ik maar

preposition (expressing a wish)

Oh, for a bowl of soup right now!

uit, vanwege

preposition (because of)

He left, for fear of being laughed at.

naar

preposition (in honour of)

The church held a memorial service for the victims of the earthquake.

om

preposition (in order to achieve or attain) (gericht op)

For an early arrival in Paris, you will need to take the express train.

voor

preposition (in order to save or preserve) (omwille van)

We're fighting for our freedom!

ondanks

preposition (despite)

For all her nagging, she's a great wife.

voor

preposition (in regard to) (met betrekking tot)

She has a gift for crosswords.

aan

preposition (responsibility of)

That's for me to determine, not you.

ver

preposition (to the extent of)

The line outside the ticket office went on for miles.

voor

preposition (introducing an infinitive phrase)

It may be time for him to resign.

op

preposition (ratio)

The players were one for three in shots on goal.

voor

preposition (ratio: sales) (uitverkoop)

There is a three for one sale on summer clothing.
Er is een drie halen, één betalen actie op de zomerkleding.

voor

preposition (supporting: person, team) (steunen v. persoon/team)

He is for the liberal candidate for mayor.

vissen naar

phrasal verb, transitive, inseparable (figurative (try to obtain indirectly) (figuurlijk)

Hij viste naar de achtergrond van haar problemen.

iem. vertegenwoordigen

phrasal verb, transitive, inseparable (represent: [sb]) (juridisch)

Your Honor, I'm James Alfred III, appearing for the defendant.

ergens om vragen

(informal, figurative (invite: trouble, etc.) (informeel)

I wouldn't do that if I were you! You're just asking for it.
Dat zou ik niet doen als ik jou was. Je vraagt er gewoon om.

in een begroting opnemen

phrasal verb, transitive, inseparable (allow or allocate money for)

verzoeken

phrasal verb, transitive, inseparable (demand, request)

The senator called for an investigation. The judge's bailiff called for silence in the courtroom.

nodig zijn

phrasal verb, transitive, inseparable (require)

The recipe calls for brown sugar, not white sugar. The situation calls for a calm, deliberate response.

een beroep doen op

phrasal verb, transitive, inseparable (seek help)

John called on his friends for support.

houden van

phrasal verb, transitive, inseparable (like, approve of)

geven om

phrasal verb, transitive, inseparable (romantically)

verzorgen

phrasal verb, transitive, inseparable (take care of)

opbouwen

phrasal verb, transitive, separable (figurative (career, etc.: build up)

She's succeeded in carving out a nice career for herself in marketing.

bedienen

phrasal verb, transitive, inseparable (provide for [sb])

This restaurant does not cater for vegans.

cateren

phrasal verb, transitive, inseparable (figurative (provide food)

My mother used to cater for weddings.

bewenen

phrasal verb, transitive, inseparable (literal (shed tears for)

Please don't cry for me.
Alstublieft, ween niet om mij.

roepen om, schreeuwen om

phrasal verb, transitive, inseparable (call aloud for)

The little boy cried for his mum when she left the room. She cried for help.

sympathie voelen voor iemand

phrasal verb, transitive, inseparable (informal (have sympathy)

I really feel for him since he lost his job.

verliefd zijn op iemand

phrasal verb, transitive, inseparable (informal (be in love)

vechten voor

phrasal verb, transitive, inseparable (war: defend)

My grandfather fought for his country in World War II.

vechten voor, strijden voor

phrasal verb, transitive, inseparable (struggle to attain)

Black Americans had to fight for the right to vote.

invallen voor

phrasal verb, transitive, inseparable (substitute)

I'm filling in for my boss at the board meeting next week.

neusje

noun (figurative (instinctive ability to detect [sth]) (figuurlijk)

He has a great nose for good books.

verklaren, uitleggen

intransitive verb (explain)

He could account for every penny he had spent.

verklaren

intransitive verb (answer)

We were asked to account for our actions.

in beschouwing nemen

expression (considering)

Even accounting for the bad weather, the number of visitors to the park has been very low.

verlangen naar, smachten naar

(figurative (yearn for)

Helen ached for the man she could not be with.

helemaal voor, helemaal eens

preposition (informal (completely in favour of)

I was all for getting ice cream after classes.

iedereen die voor is

preposition (everyone in favour of)

All for the motion, say "Yes".

zich verantwoorden

(informal (justify)

You will have to answer for cheating to both the teacher and the principal.

zich verantwoorden tegenover

(justify actions)

zich verontschuldigen voor

(say sorry for [sth])

Mark apologized for the delay in replying to my email.

iemand excuses aanbieden voor

verbal expression (say sorry to [sb] for [sth])

You ought to apologize to Stephen for the way you treated him yesterday.

iemand excuses aanbieden voor

verbal expression (say sorry to [sb] for doing [sth])

Jane apologized to me for calling me a liar.

verzoeken

(ask for help)

She appealed for his help.

een beroep doen op

verbal expression (ask for help)

The state governors appealed to the President for help in stopping the riots.

solliciteren

verbal expression (reply to employment advertisement)

My only task for today is to apply for a job.

regelen dat iemand iets doet

verbal expression (make preparations)

They arranged for a babysitter to take care of the children.

wat iem. betreft

preposition (with regard to)

As for this guy, I don't think he's going anywhere in life.
Wat deze jongen betreft denk ik niet dat hij iets gaat bereiken in het leven.

ikzelf

adverb (as far as I am concerned)

My husband is going to work. As for me, I will stay home and take care of the baby.

vragen om iets

(request) (verzoeken)

The policeman asked for my license and registration.

toestemming verlenen om, toestemming verlenen voor

(permit access)

Jack's boss authorized him for entry to the secured area.

waar voor je geld

noun (US, slang (value for money)

This computer is last year's model, but it has great bang for your buck.

verantwoordelijk zijn

(justify: actions)

de trom roeren, de trom roffelen

verbal expression (figurative (promote) (figuurlijk)

The environmental activist goes around the world beating the drum for energy reform.

bieden voor

(auction: offer)

He bid one hundred euros for the painting at the auction.

een offerte doen

(offer services)

Three construction companies are bidding for the prestigious contract.

strijden om

(compete)

Twenty competitors are bidding for the title of "World's Strongest Man".

in rekening brengen

(charge)

The lawyer billed him three hundred dollars for the service.

verantwoordelijk houden, verantwoordelijk achten

transitive verb (hold responsible)

I blame the politicians of starting a war without justifiable motive.

happen naar

(try to get hold of [sth])

zich voorbereiden, zich klaarmaken

verbal expression (figurative (prepare for shock)

Everyone is bracing themselves for the foot of snow forecast for tonight.

zich voorbereiden

verbal expression (prepare for impact)

Seeing that there was no way to escape, Joel braced himself for the blow of the other man's fist.

zonder

adverb (were it not)

We would never have won but for your help.

een oproep doen

noun (appeal)

The principal's call for action followed a number of problems at the school.

ongepast zijn

verbal expression (be inappropriate)

Your comment about your neighbor's wife was not called for.

niet kunnen wachten

verbal expression (figurative, informal (be impatient for) (figuurlijk, informeel)

I can't wait for this day to be over.

afkeuren

transitive verb (criticize, blame)

The army censured several high-ranking officers for corruption.

een uitbrander geven

transitive verb (reprimand, rebuke)

The boss chastised me for speaking out.

berispen

transitive verb (tell off, reprimand)

berispen om, berispen wegens

(tell off, reprimand)

The teacher chided the students for disrupting the class.

eervolle vermelding krijgen

transitive verb (usu passive (military: mention honourably)

He was cited for bravery in battle.

complimenteren

transitive verb (praise)

compenseren voor

(make amends)

He booked a table at her favourite restaurant to compensate for forgetting their wedding anniversary.

compenseren

(counterbalance)

Vanessa's talent in art compensates for her poor math skills.

compenseren

(reimburse [sb] for [sth])

The company will compensate you for business expenses.

ingewikkeld maken

transitive verb (make complex)

His long explanation only served to complicate the question for us.

afkeuren, verwerpen

transitive verb (morally disapprove of)

The school condemned Lisa for her wild behaviour.

ongeschikt verklaren

transitive verb (often passive (building: declare unfit)

The building was condemned by the local authority.

wedijveren

intransitive verb (compete)

deelnemen aan een kruistocht

(historical (fight for a religious cause) (geschiedenis)

The church group is crusading for reinstatement of Prohibition.

laten meedelen

(give [sb] a share)

After she won the money, she said she would cut me in for some of it.

invallen voor

(act for [sb])

Ursula will deputize for her boss while he is away.

een plezier doen

verbal expression (do [sth] kind)

Will you do me a favor and post this letter for me?

geven, weggeven

(things: give, contribute)

Thanks to all the local businesses who donated prizes for today's raffle.

toe aan, aan de beurt

preposition (deserving or expecting)

Jim really is due for a raise soon.

snakken naar, smachten naar

preposition (informal, figurative (strongly desiring) (informeel)

She was dying for a cigarette but didn't want to go outside.

oor voor muziek

noun (musical aptitude)

Colin has an ear for music, and can play several instruments.

voor iets inschrijven

(education: enlist, register)

behalve, uitgezonderd

preposition (not including)

Everybody except you will be going on the trip. Everyone here's blonde except for Jane, who's brunette.

vallen voor

(informal (be attracted)

He is good-looking and smooth: all the women fall for him. Audrey fell for a beautiful pair of shoes she saw in a shop window.

ergens intrappen, ergens intuinen

(informal (be fooled) (informeel)

The investment scheme promised huge returns, and I fell for it.

op iemand verliefd worden

verbal expression (figurative (fall in love)

beroemd om

(well known for [sth])

Hollywood is famous for its movie studios. Roger Bannister is famous for being the first man to run a mile in less than four minutes.

zich slecht voelen voor iemand

(feel compassion, pity)

I feel bad for my neighbours as they had lots of problems recently.

iemand fouilleren

(search by touch)

zichzelf redden

verbal expression (manage, cope alone)

Julian left home at 18 and learned to fend for himself.

rondsnuffelen

transitive verb (informal (search) (spreektaal)

vechten voor, opkomen voor

(struggle, defend oneself)

You have to fight for your rights.

aanvragen

(register legally for [sth]) (scheiding, faillissement)

Jeff's company failed and he was forced to file for bankruptcy.

tijd vinden

(activity, event: fit in)

Many people complain they cannot find time for reading.

opgewonden zijn over iets

(figurative, informal (enthusiastic about [sth])

After an hour's practice on the tennis court, Isabel felt fired up for the tournament.

voer

noun (figurative (subject matter) (figuurlijk)

Her experiences, good and bad, were all fodder for her novel.

kanonnenvlees

noun (figurative (person, people: expendable) (figuurlijk)

They were all just fodder for the emperor's army.

genegenheid

noun (affection for [sb])

Her fondness for her nephews is obvious from her expression.

voorliefde

noun (liking for [sth])

Dad has a fondness for chocolate and never goes without it.

stof tot nadenken

noun (figurative ([sth] worth thinking about)

Yes, your ideas have certainly given me food for thought!

voor de verandering

adverb (contrary to the norm)

It's nice to see her smile for a change.

als begin

adverb (informal (to begin with, in the first place)

We'll take names and phone numbers for a start, then later on we can get more details.

een tijdje

adverb (for some time)

I'm going down to the pub for a while.

lange tijd

adverb (for a long time)

I waited for ages but he never showed up.

voor iedereen

adverb (for everyone)

When running for club president, Jason promised free cookies for all, but unfortunately didn't deliver.

Laten we Engels leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van for in Engels, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Engels.

Verwante woorden van for

Ken je iets van Engels

Het Engels is afkomstig van Germaanse stammen die naar Engeland zijn geëmigreerd en is over een periode van meer dan 1400 jaar geëvolueerd. Engels is de derde meest gesproken taal ter wereld, na Chinees en Spaans. Het is de meest geleerde tweede taal en de officiële taal van bijna 60 soevereine landen. Deze taal heeft een groter aantal sprekers als tweede en vreemde taal dan moedertaalsprekers. Engels is ook de co-officiële taal van de Verenigde Naties, van de Europese Unie en van vele andere internationale en regionale organisaties. Tegenwoordig kunnen Engelstaligen over de hele wereld relatief gemakkelijk communiceren.